Bloedbad in school eist 2200 levens
13 december 1907 – De moord op ongeveer 2200 stakende mijnwerkers en hun familie, aangericht door Chileense miliairen, werd een van de zwartste bladzijdes uit de geschiedenis van Chili.
Op 10 december 1907 begon een aantal mijnwerkers uit de salpetermijn San Lorenzo met een staking voor hogere lonen en betere werkomstandigheden. Al snel volgden duizenden andere mijnwerkers. Samen met hun familieleden trokken ze op 16 december naar het stadje Iquique om hun voorstel aan de regering voor te leggen.
De 12.000 stakers verzamelden zich op het plein en in de school Domingo Santa María. Intussen was het leger gearriveerd, onder leiding van generaal Silva. De stakers werden verzocht de school binnen een uur te verlaten, anders zou het leger het vuur openen.
Een uur later werd met machinegeweren het vuur geopend, voornamelijk op vrouwen en kinderen. Vluchtende mensen werden buiten opgewacht door een mitrailleurvuur. Stakers die ontkwamen werden later alsnog opgespoord en vermoord. Generaal Silva liet iedereen in naamloze massagraven begraven en verklaarde dat hij 195 mensen uit noodweer had moeten ombrengen.
De dag 21 december werd in 2007 door president Michelle Bachelet uitgeroepen als dag van nationale rouw.
