Mexicaanse Revolutie uitgebroken
25 november 1910 – Naar aanleiding van de fraude tijdens de verkiezingen riep Francisco I Madero de bevolking op om in opstand te komen tegen de president Porfirio Diaz.
Tijdens het dictoriale bewind van Diaz was de Mexicaanse economie wel gegroeid, maar dat was de bevolking niet ten goede gekomen. De meeste bedrijven waren in buitenlandse handen. Daarnaast had Diaz de wet dusdanig aangepast dat hij onbeperkt herkozen kon worden. Diaz was al sinds 1876 aan de macht in Mexico. Hij hield al langere tijd met geweld de bevolking onder de duim.
De fraude tijdens de verkiezingen in 1910 bleek de druppel. Tegenstander Francisco I Madero leek te gaan winnen, maar kreeg uiteindelijk slechts enkele honderden stemmen. Diaz had hem vlak voor de verkiezingen al laten opsluiten.
De revolutie begon om 18.00 uur ’s avonds met het Plan de San Luis Potosi waarmee Diaz omvergeworpen moest worden om van Mexico een liberale democratie te maken. Madero kreeg steun van onder andere Emiliano Zapata en Pancho Villa.
De revolutie duurde zes maanden tot op 25 mei 1911 Diaz aftrad en vluchtte.
