Componist Antonin Dvorak overleden
1 mei 1904 – Tsjechisch grootste componist, Antonín Dvořák, overleed op 62-jarige leeftijd in Praag. Hij was op dat moment artistiek directeur van het Praags museum.
Antonín Dvořák werd op 8 september 1841 in Nelahozeves in Tsjchie geboren. Zijn vader was slager en van Antonín werd verwacht dat hij dit later over zou nemen. Echter had Antonín van de dorpsonderwijzer vioollessen gehad, die hem zo goed bevielen dat hij in 1857 naar Praag gaat als muziekstudent. Na in allerlei orkestjes gespeeld te hebben, werd hij altist in het Nationaal Theater. Ondertussen begon hij zich ook meer bezig te houden met componeren.
Antonín Dvořák leerde Brahms en Tschaikovsky kennen, die hem introduceerden in de componistenwereld en ervoor zorgden dat hij compositieleraar kon worden aan het Conservatorium in Praag en dat hij en Oostenrijkse staatsbeurs kreeg. Langzamerhand kreeg de componist belangstelling uit het buitenland. Hij werkte tot 1901 in New York, bij de National Conservatory of Art. Hier schreef hij ook zijn populairste werk, de laatste symfonie no. 9 "Uit de nieuwe wereld".
Antonín Dvořák schreef onder andere koorliederen, symfonieen, pianowerken en opera’s. Zijn werk werd geroemd door de oost-europese folklore invloeden. In 1873 huwde hij met de Tsjechische Anna Cermak. Hij had een opvallende liefde voor treinen.
